Digitale StudieCoach | |
---|---|
'State of Mind - test |
De 'State of Mind - test' is bedoeld om je te helpen aandacht te krijgen voor
jouw gedachten over studeren en de effecten daarvan .
Deze 'test' werkt in drie stappen.
©, Robert M. Topman, studentenpsycholoog b.d. Universiteit Leiden | ||
Stap 1. Wat komt er in je op als je aan studeren denkt? | ||
---|---|---|
Tik zoveel mogelijk gedachten in en klik na iedere gedachte OK aan. De 'test' werkt alleen als je minstens vijf
gedachten hebt ingetikt. Denk er niet te lang over na, want er zijn geen goede of foute
antwoorden. Tik in wat er in je opkomt. Je kunt maximaal 10 gedachten intikken. Vergeet niet om OK in te tikken en ga naar stap 2 hieronder als je alle gedachten hebt ingevoerd. | ||
Stap 2. Wat is het effect van deze gedachten op studeren? | ||
Beoordeel in de tweede stap of deze gedachten negatief, neutraal of positief uitwerken op studeren. Als je alle ingetikte gedachten hebt beoordeeld ga dan naar stap 3 hieronder. | ||
negatief 1 2 3 positief | ||
negatief 1 2 3 positief | ||
negatief 1 2 3 positief | ||
negatief 1 2 3 positief | ||
negatief 1 2 3 positief | ||
negatief 1 2 3 positief | ||
negatief 1 2 3 positief | ||
negatief 1 2 3 positief | ||
negatief 1 2 3 positief | ||
negatief 1 2 3 positief | ||
Stap 3. Laat de door jouw ingevoerde en beoordeelde gedachten scoren | ||
Tik de knop scoring in. Je krijgt dan een overzicht van jouw beoordelingen en
de verhouding (ratioscore) tussen het aantal positieve en negatieve gedachten
wordt berekend. De betekenis (gebaseerd op de 'State of Mind' theorie) van
jouw score wordt hieronder kort toegelicht.
| ||
|
| |
Uitleg 'State of Mind' theorie | ||
De betekenis van de ratioscore is gebaseerd op de 'State of Mind' theorie, die stelt dat er een
optimale balans bestaat tussen het aantal positieve en negatieve gedachten. Wie te veel positieve gedachten heeft en te weinig negatieve gedachten kan doorschieten in een 'positieve monoloog' en 'onrealistisch optimisme'. Studenten met een studieachterstand doen dat soms sterk: "Al die punten kan ik nog gemakkelijk halen ..... volgende week begin ik". Een realistische visie die de basis vormt voor een goed werkplan ontbreekt dan. Wie echter teveel negatieve gedachten heeft in verhouding met het aantal positieve gedachten kan doorschieten in een 'negatieve monoloog' en 'onrealistisch pessimisme'. Uitspraken in de trant van "Het lukt mij toch niet" gaan dan overheersen. Dit kan zeer verlammend werken. Ook hier geldt dat een realistisch evenwicht tussen positieve en negatieve gedachten ontbreekt. ( meer informatie ) | ||
Robert M. Topman, Studentenpsycholoog b.d., Universiteit Leiden |